Toegankelijkheid

Sikko Luinge

Een gedenkwaardige GrolIer

overgenomen uit de Kloetschup, een uitgave van het Rolder Historisch Genootschap

Sikko

Tijdens één van mijn zwerftochten in het veld als amateur-archeoloog ontmoette ik ongeveer 28 jaar geleden een man met dezelfde interesses: archeologie, geologie, lokale historie, natuur en landschap. We hebben elkaar daarna vaker ontmoet. Aan gespreksstof nooit gebrek. We spraken dezelfde "taal". Bij de voorbereiding van het kennismakingsnummer van de Kloetschup hadden we hem op het oog als mogelijke correspondent voor Grolloo en omstreken. Aan een actieve medewerking aan de Kloetschup is hij echter niet meer toegekomen. Op 29 augustus 1997 is hij op 80-jarige leeftijd plotseling overleden aan de Amerweg 16 in Grolloo. Hetzelfde adres waar hij op 13 februari 1917 was geboren. Voordat zijn cirkel rond was, heeft hij een intensief leven geleid. Zijn naam: Sikko Luinge. Een portret van een gedenkwaardige Groller.

Molenaarsfamilie

Sikko is geboren in de moeilijke periode van de eerste wereldoorlog. Zijn ouders Bastiaan Luinge en Alberdina Luinge (latere stiefmoeder Luchiena Sijbring) woonden aan de Amerweg in een klein boerderijtje. Vader Luinge was molenaar. De korenmolen stond direct achter de boerderij aan het Meulendiekie (zandweg vanaf de Amerweg). De molen was een zogenaamde grondmolen of grondzeiler. De wieken van een dergelijke molen raken bijna de grond. Bij dit type gebeurt het op de wind zetten van de wieken en het zwichten (verminderen) van de zeilen dan ook rechtstreeks vanaf de grond. De door AIbert Bos (timmerman te Paterswolde) in 1853 gebouwde molen kwam in 1892 door vererving en boedelscheiding op naam te staan van Roelof Luinge, bakker en molenaar te Grolloo en gehuwd met Aaltje Haange. Roelof en Aaltje hadden twee zonen: Bastiaan (molenaar) en Jan (bakker). Roelof Luinge was dus de grootvader van Sikko. In de akte van scheiding van de boedel van wijlen Roelof Luinge (overleden op 5 augustus 1922) wordt het kadastrale perceel van de molen toegewezen aan de vader van Sikko. Opvallend is dat in de akte niet meer over een molen wordt gesproken. In 1924 wordt het perceel wegens vererving op naam gesteld van Bastiaan Luinge en zijn kinderen AaItje en Sikko. Pas in 1950 werd de molen van de kadastrale kaart verwijderd en de "belastbare opbrengst gebouwd" voor de molen uit de kadastrale legger verwijderd. W. Houtman concludeert in zjjn publicatie "De (verdwenen) molens in de gemeente Rolde" (1992), dat de familie dan ook waarschijnlijk tot 1950 grondbelasting voor de molen heeft betaald. Dat, terwijl de molen in werkelijkheid al in 1920 of 1921 was afgebroken door molen bouwer Vlieghuis uit Borger. De molen had zijn functie verloren doordat in 1914 in Grolloo een nieuwe stoomzuivelfabriek was gebouwd, waaraan ook een korenmalerij was verbonden. Bastiaan Luinge werd toen tot eerste vaste mulder benoemd.

Bakkersknecht

Sikko kon dus geen molenaar meer worden. Wel bleef hij trouw aan een voor de familie Luinge traditioneel beroep, dat van bakker. Als jonge knul mocht hij vaak zijn oom Jan Luinge helpen. Oom Jan had een bakkerij aan de Hoofdstraat in Grolloo. Sikko wilde ook bakker worden. Voor het zover was heeft hij heel wat afgereisd als bakkersknecht. Op zeer jeugdige leeftijd vond hij zijn eerste werkkring bij een bakker in de stad Groningen. Vrij snel kon hij aan de slag bij bakker Ottens aan de Grote Brink in Rolde. Vervolgens maakte hij de overstap naar bakker Buntjer (de latere eigenaar van café-restaurant, annex speeltuin/museum Drouwenerzand) in Drouwen. Sikko kreeg verkering met Roelie Hebels uit Drouwen. Het stel is in oktober 1943 getrouwd. Getrouwd en wel kon Sikko uiteindelijk als knecht aan de slag bij zijn oom Jan.

Zelfstandig ondernemerHoofdstraat 15

Na enkele jaren kon hij het bedrijf van zijn oom overnemen. Zijn droom, een eigen bakkerij, werd vervuld. Het was vlak na de tweede wereldoorlog, het brood was nog op de bon. Sikko moest in die tijd altijd vroeg op om zelf het brood te bakken. Dan in de loop van de dag als venter op pad, aanvankelijk met paard en wagen, later met de auto. Vrouw Roelie hield de bakkerswinkel, annex kruidenierswinkel draaiende. Het ventgebied bestond uit Grolloo, Schoonloo en Vredenheim. In 1964/1965 vonden Sikko en Roelie het tijd voor wat anders. Zij begonnen naast de winkel in hetzelfde pand met de eerste cafetaria van Grolloo. Vanaf dat moment ook veel jeugd, dagjesmensen en vakantiegangers over de vloer. Eind jaren '60 werd de winkel gesloten en waren Sikko en Roelie alleen nog werkzaam in de cafetaria. In 1974 ging het bedrijf over in handen van de familie Watermulder. Sikko en zijn vrouw verhuisden naar de Amerweg 16, zijn geboortehuis. Hij heeft daarna nog enkele jaren gewerkt als timmermanshulp bij aannemersbedrijf Gebroeders Enting. Hij kreeg echter ook meer tijd voor zijn hobby's.

Verzamelaar

Sikko had een zeer brede interesse. Aandacht voor de natuur moet hij altijd al hebben gehad. Als venter kwam hij bij veel mensen over de vloer. Hij kreeg onderweg wel eens zee-egels, die de boeren vonden tijdens het sorteren van de aardappelen. De start van zijn eerste collectievorming. Een pak gevulde koeken ruilde hij tegen een dode buizerd of een sperwer. Hij bewaarde de dode roofvogels in zijn diepvries, totdat de preparateur ze kon gebruiken. Ook kreeg hij van de boeren onderweg veel tips over dingen die hij voor zijn verzameling kon gebruiken.

Sikko was een intensieve verzamelaar: oude strijkijzers, carbidlantaarns, fietsplaatjes, bakkerijgereedschappen, boerenhandgereedschappen, fossielen, enz. Zijn zolder was ingericht als privémuseum. Veel zelf gemaakte vitrinekasten, zelfs het schuine dak diende als expositieruimte. Dit was de ruimte waar Sikko zich terug trok wanneer hij graag alleen wilde zijn.

Zijn belangrijkste hobby was echter de natuur. Het zwerven in het veld. Op zoek naar geologische of archeologische vondsten, ondertussen ook genietend van flora en fauna. Fraaie geologische vondsten deed hij in de stort van de zandwinplaatsen van Grolloo, Schoonloo en Westdorp. Vol trots kon hij je daar gevonden stukken fossiel hout laten zien. Nog meer genoot hij van zijn zeldzame vondsten barnsteen, opgezogen uit grote diepte door de zandcutters.

Amateur-archeoloogSikko stenen

Niet exact bekend is van wanneer zijn hobby archeologie dateerde. Toen ik hem voor het eerst ontmoette was hij al zeer ervaren. Zijn zoekgebied omvatte globaal Grolloo, Schoonloo, Vredenheim en Elp. Wij troffen elkaar regelmatig in ons "grensgebied" Vredenheim. Ik zal nooit vergeten hoe we elkaar bijna omver liepen op een zondagochtend tijdens dichte mist. We waren, onwetend van elkaar, elk op een zijkant van de akker gestart. Intensief speurend hadden we alleen maar aandacht voor de omgeploegde akker. Eerst op enkele meters afstand ontdekten we elkaar.

De archeologische collectie van Sikko is door de familie voor determinatie in bruikleen afgestaan aan provinciaal archeoloog dr. W.A.B. van der Sanden. De collectie heeft volgens Van der Sanden weinig wetenschappelijke betekenis, omdat Sikko nooit de moeite heeft genomen om zijn vondsten te coderen en te registreren. De vondstomstandigheden zijn dus niet vastgelegd. Slechts van een stenen bijl uit het Neolithicum (Nieuwe Steentijd: 11.000 tot 3000 voor Chr.) is de vindplaats vrij exact bekend. Helaas kan dat niet worden gezegd van een vrij zeldzame hamerbijl, de talloze pijlpunten uit het Neolithicum en de Bronstijd, een fraaie maalsteen en de vele vuurstenen artefacten. Opvallend is dat zijn collectie vrijwel geen scherven aardewerk bevat. Wel heeft Sikko aangetoond dat de prehistorische bewoningssporen rond Grolloo/Schoonloo/Vredenheim teruggaan tot het Laat-Paleolithicum (ca. 12.000-9.000 voor Chr.). Momenteel wordt de archeologische collectie beschreven door het Drents Museum. Wat er uiteindelijk met de archeologische en geologische collectie gebeurt is volgens de familie nog niet bekend.

Maatschappelijke functies

Sikko heeft qua beroep altijd onder de mensen verkeerd. Dat weerhield hem er niet van zich tijdens zijn vrije tijd ook nog actief in te zetten voor de Grolloër gemeenschap. Hij werd in 1972 de eerste voorzitter van de supportersvereniging van de sportvereniging Grolloo en om streken (SGO). Zeer lang is hij ook actief geweest als acteur van de spelgroep De Pol. Meer dan vijftig jaar lid van de muziekvereniging Cresendo uit Grolloo. Zijn favoriete instrumenten: trombone en tuba. Hij was overigens ook groot liefhebber van klassieke muziek van vooral Verdi, Schubert en Offenbach.

Dichter, redenaar en schrijver

Bekend in Grolloo zijn de kwaliteiten van Sikko als dichter/redenaar/schrijver. Zo was hij één van de vier auteurs die begin jaren '80 op verzoek van de Commissie Dorpsbelangen Grolloo de geschiedenis van het dorp heeft beschreven. Het boek "Grolloo, van verleden tot heden" is eind 1983 gepubliceerd. Dezelfde auteurs hebben in 1986 ook het fotoboek "Kijk op Grolloo" samengesteld. Bij officiële gelegenheden en op feesten droeg hij menig verhaal of gedicht voor. Het zit blijkbaar in de familie. Zijn zuster en schrijfster/dichteres Alie Brals-Luinge uit Norg heeft enkele gedichten- en verhalenbundels op haar naam staan.

Wat de meeste mensen niet weten is, dat Sikko Luinge in eigen beheer een gedichtenbundel heeft uitgebracht. Onder de titel "Uit het brein ontsproten" zijn in 1994 in een beperkte oplage 61 gedichten gepubliceerd. In zijn voorwoord schrijft Sikko: "Bij feestelijkheden declameerde ik in dichtvorm het gebeuren. Naar aanleiding daarvan ben ik me verder gaan bekwamen in het maken van gedichten. Met de nodige inspiratie maakte ik ze in allerlei vormen. Eerst in het klad om ze na een paar dagen weer op te pakken en te polijsten. Ik timmer met mijn gedichten niet aan de weg, maar ik heb ze toch bij verschillende gelegenheden voorgedragen".

Ik heb ze inmiddels alle 61 gelezen. Er zijn juweeltjes bij. Wat opvalt is het vermogen om zijn waarnemingen en gevoelens in dichtvorm nauwkeurig weer te geven. Veel impressies gaan over de natuur, de jaargetijden, over “zijn” mooie Grolloo en haar omgeving. Maar af en toe zijn ze ook maatschappijkritisch zoals in het gedicht "Waarom", waarin hij het opneemt voor de zwarte Zuidafrikaners. Fraaie gedichten, waarin soms ook zijn eigen gemoedsrust tot uiting komt. Gemoedsrust, waarin bezorgdheid doorklinkt over het veranderende landschap. Helaas zijn de gedichten niet gedateerd, waardoor geen koppeling kan worden gemaakt met de tijdgeest.

Als eerbetoon aan Sikko hierbij zijn gedicht "Stenen zoeken". Hierin beschrijft hij zijn passie voor het uitoefenen van de archeologie in "ons" zoekgebied de Holtens.

Stenen zoeken

stenen Sikko

Ik loop in de Holtens te zoeken naar stenen
Doch deze morgen lieten ze er zich niet voor lenen
Het is voorjaar, wulp, grutto en kievit lieten zich horen
Toch genietend, zij het zonder schrabbers en boren
Het is een verademing om hier te lopen zoeken
Een vliedende lucht, vogels voortdragend meeuwen en roeken
Eenzaam alleen, van het geweld niets te duchten
Ja, voor de natuur hoef je niet te gaan vluchten
Tussen het groenland meandert het stroompje
Met aan de boorden bloemen en hier een daar een boompje
Zijn weg zoekend een gezichtseinder ver
Fonkelend in de Holtens als de aIlermooiste ster
Hier heb ik al vele voetstappen versleten
Zoiets kun je toch nooit vergeten
Hier in dit land met een gezicht op Vredenheim
In het verleden vingen ze hier lijsters aan een stok met lijm
De contouren van de rendierjagers zijn verdwenen
Hun cultuur laten liggen in de vorm van stenen
Die zij hier voor mij naar toe hebben gebracht
Zo hebben zij gezorgd voor het nageslacht
Wat kan zo'n gebied toch op een mens inleven
Ik maak er gebruik van, het is maar zo even
Zoekend naar het verleden in dit prachtige oord
In het bosje nabij is het de specht die er een gat boort
In vele jaren heb ik hier al heel wat gevonden
Mijn vitrines hebben ze echt waar verslonden
Hier in de Holtens, dat prachtige gebied
Al het andere valt hierbij in het niet.

 

Behalve in zijn gedichten schreef Sikko ook op andere wijze zijn gevoelens van zich af. Gelukkig is een deel daarvan bewaard gebleven. De familie beschikt nog over een schrijfblok met aantekeningen (helaas ook ongedateerd). Dochter Grietje blijkt de waarde daarvan goed te kunnen inschatten. Zij heeft een aantekening op de voorkant geplakt: "Misschien leuk om uit te werken voor een lezing". Mijn suggestie: bewerken voor een volgend nummer van de Kloetschup!

Het naderend einde

De laatste jaren speelde het verlies van zijn vrouw Roelie hem parten. Ook de ouderdom kreeg vat op hem. Hij was vaak moe en kreeg last van de ziekte van Ménière. Sikko was minder vaak in het veld te vinden, hij trok zich steeds meer terug in zijn huis. Zoon Bas: "Hij kon uren voor het raam zitten, in gedachten verzonken. Op zondag vroeg eten. Als het kon om twaalf uur met de fiets het veld in, dan hoefde hij geen visite te ontvangen. Het liefst alleen zijn met zijn gedachten. Teruggetrokken in zijn eigen gedachtenwereld, vol fantasie en soms onbereikbaar voor zijn omgeving". Zijn gedicht "De denker" had op hemzelf van toepassing kunnen zijn.

De denker

Niet in zichzelf gekeerd
Wel heel vaak afwezig
Dan helemaal afgemeerd
Met doende dingen bezig

De Denker wordt hij soms genoemd
Ogen turend, starend
Monotoon in visioenen gedoemd
Geheimen daarin bewarend

Soms helemaal gedachtenloos
Dat lijkt zo, maar is niet waar
Mijmerend in die geheime doos
Want die is altijd daar

Vaak onrustig bezig met zijn brein
Zo is hem dat vergeven
Vast omgord is deze lijn
Gelukkig met het leven

 

Sikko overleed op 29 augustus 1997 op 80-jarige leeftijd in zijn geboortehuis aan de Amerweg. Hij is begraven op het rustieke kerkhof van Grolloo. Een authentieke maalsteen van de familiemolen siert zijn graf. Een markante gedenksteen voor een zeer gedenkwaardige man.

Bronnen:

• Archief familie Luinge
• L. Koops, L. Lesschen, S. Luinge en J. Mellema-Abeen: "Grolloo, van verleden tot heden" (november 1983)
• L. Koops, L. Lesschen, S. Luinge en J. Mellema-Abeen: "Kijk op Grolloo" (januari 1987)
• W Houtman: "De (verdwenen) molens in de gemeente Rolde" (Nieuwe Drentse Volksalmanak 1992)
• S. Luinge: "Uit het brein ontsproten" (1994)

Met dank aan:
Bas en Griet Luinge voor het vraaggesprek over hun (schaan)vader en voor enkele correcties en aanvul/ingen van dit artikel en dr. WA.B. van der Sanden voor zijn reactie op de archeologische collectie van Sikko.